Welke impact kunnen artificiële intelligentie en virtuele realiteit op de wereld hebben? Hoe wij daarover vandaag denken, is voor een groot stuk bepaald door Vernor Vinge. De wiskundige en scifi-auteur die de term technologische singulariteit lanceerde, is op 79-jarige leeftijd overleden.
Sciencefictionschrijvers doen, op hun best, veel meer dan ons entertainen. Ze speculeren over de impact die technologie kan hebben op onze samenleving en helpen ons zo om ons daarop voor te bereiden. Voor weinig auteurs geldt dat in even grote mate als voor Vernor Vinge, die afgelopen week overleden is aan de gevolgen van de ziekte van Parkinson. Hij blikte in de jaren 80 vooruit op virtuele realiteit en de ontwikkeling van AI, en bepaalde tot vandaag mee het denken over die thema’s.
Vinge was meer dan een schrijver. Hij doceerde wiskunde en computerwetenschappen aan de universiteit van San Diego, tot hij zich vanaf 2000 voltijds aan zijn carrière als auteur ging wijden. Hij won meermaals de Hugo Award, de hoogste onderscheiding in het sciencefictiongenre, onder meer voor zijn romans A fire upon the deep (1993) en A deepness in the sky (2000).
In het kortverhaal True names uit 1981 heeft Vinge het over mensen die in een virtuele wereld, The Other Plane, een parallel bestaan uitbouwen. Het wordt beschouwd als het eerste verhaal waarin het concept van virtuele digitale werelden wordt uitgewerkt, en als het beginpunt voor het cyberpunk-genre, waarin zo’n ‘cyberspace’ een centraal thema werd. Neil Stephenson verzon er in 1992 nog een andere term voor: metaverse. Met de lancering van de Meta Quest 3 en de Apple Vision Pro lijkt de realisatie van het idee dichter bij dan ooit.
Bovenmenselijk intelligent
Mogelijk nog invloedrijker was het denken van Vinge over artificiële intelligentie. In 1983, twee jaar na True names, gebruikte Vinge voor het eerst het woord singulariteit – een begrip uit de fysica – in de context van technologie om te verwijzen naar de ontwikkeling van artificiële intelligentie.
Volgens Vinge valt het onmogelijk te voorspellen wat er gebeurt vanaf het moment dat AI ons eigen denken overtreft. Voor dat moment waar je niet voorbij kunt kijken en waarna alles verandert, gebruikte hij de term singulariteit. Anderen, zoals futurist Ray(mond) Kurzweil (The singularity is near), werkten dat idee later verder uit.
Nu de ontwikkeling van AI in een stroomversnelling is geraakt, vooral sinds de lancering van ChatGPT eind 2022, duikt het idee van de AI-singulariteit vaak op in discussies over de mogelijke gevaren van deze technologie.
In 1993 beschreef Vinge zijn visie op de singulariteit en de toekomst van AI in meer detail in een paper getiteld The coming technological singularity: how to survive in the post-human era. “Binnen 30 jaar zullen we de technische capaciteit hebben om bovenmenselijke intelligentie te creëren”, luidt het in de inleiding. “Kort daarna zal het tijdperk van de mens eindigen.”
Met dat laatste zinnetje bedoelde hij vooral dat AI de volgende stap in de evolutie zou kunnen zijn en de mens zou gaan overschaduwen, al scheen hij ook niet uit te sluiten dat de computers zouden beslissen om de mensheid radicaal op te doeken.
Vinge situeerde de doorbraak van Artificial General Intelligence (AGI) of superintelligentie, twee tegenwoordig vaak gebruikte termen voor AI die in alle intellectuele taken zijn menselijke makers overtreft, rond het jaar 2023. Maar hij preciseerde dat het hem erg zou verbazen als het eerder dan 2005, of later dan 2030 zou zijn. Heel wat sleutelfiguren in de AI-wereld hebben de voorbije maanden gezegd dat AGI binnen de vijf jaar realiteit zou kunnen worden, dus 2030 lijkt nog haalbaar.
Inspiratie voor Musk
Een van die figuren is Elon Musk. Wie Vinges paper uit 1993 herleest (online makkelijk terug te vinden), zal meteen merken dat Musk heel vaak, in zijn uitspraken over AI maar ook in sommige van zijn zakelijke beslissingen, rechtstreeks uit het denkwerk van Vinge put.
Zo suggereerde Vinge in 1993 een manier waarop we kunnen beletten dat AI aan de controle van de mensheid ontsnapt: door in te zetten op het verhogen van onze eigen mentale capaciteit, via het aansluiten van ons brein op computers. Dat is precies de uiteindelijke doelstelling die Musk zegt te hebben met zijn bedrijf Neuralink: verzekeren dat de mens slimmer blijft dan AI, zodat we de controle over deze technologie niet verliezen.